The Ocean] becomes the bed of the lotus-naveled Vishnu when at the termination of every Yuga that deity of immeasurable power enjoys yoga-nidra, the deep sleep under the spell of spiritual meditation.
— Mahabharata, Book 1, section XXI
Bron Wikipedia De cultuurhistoricus Alistair Shearer schrijft dat de naam yoga nidra een overkoepelende term is voor verschillende systemen van "progressieve ontspanning of 'geleide meditatie'". verbindingen met oude teksten "lijken op zijn best vaag". Shearer schrijft dat andere leraren yoga nidra hebben gedefinieerd als "de staat van bewuste slaap" waarin innerlijk bewustzijn wordt gehandhaafd, zonder verwijzing naar Satyananda's methode van progressieve ontspanning door de aandacht op verschillende delen van het lichaam te richten. Shearer schrijft deze 'innerlijke helderheid' toe aan de buddhi (intellect, letterlijk 'waakzaamheid') van de Sankhya-filosofie. Hij vergelijkt buddhi met het 'intellect' dat door Sint-Augustinus en de Apostolische Vaders werd besproken rond dezelfde tijd als Patanjali's Yoga Sutra.[24] In 2021 publiceerden de yogadocenten Uma Dinsmore-Tuli en Nirlipta Tuli gezamenlijk een "onafhankelijkheidsverklaring voor Yoga Nidrā Shakti". Daarin verklaarden ze dat yoga nidra verhandelbaar was geworden en gepromoot door commerciële organisaties voor winst; dat er binnen die organisaties misbruik heeft plaatsgevonden; en dat de organisaties oorsprongsverhalen voor yoga nidra hadden gepropageerd "die hun eigen oprichters bevoorrechten" en oudere wortels van de beoefening uitsluiten of verwaarlozen. Ze zijn geschokt door het misbruik door Satyananda, Swami Rama, Amrit Desai en Richard Miller. Ze nodigen beoefenaars en leraren uit om meer te weten te komen over de geschiedenis van yoga nidra buiten de grenzen van de organisatie, en om te werken zonder "gemarkeerde versies" van de beoefening.
Yoganidra wordt voor het eerst genoemd als iets dat verband houdt met meditatie in boeddhistische en Shaiva-tantra's. In de Ciñcinīmatasārasamuccaya (7.164), wordt yoganidra "vrede boven woorden" genoemd; in de Mahāmāyātantra (2.19ab) wordt het genoemd als een staat waarin vervolmaakte boeddha's toegang kunnen krijgen tot geheime kennis.