Een vertaling uit de Tirukural hoofdstuk 29 (2200 voor Christus). Van de Zuid India afkomstige heilige Tirruvalluvar
Hoofd stuk 29; Vermijden van bedrog
Kural 281
Hij die niet wil worden geminacht door anderen
bewaakt zijn eigen geest tegen de geringste gedachte aan fraude.
Kural 282
De opbrengst van een gedachte aan zonde is de zonde zelf. Daarom
Vermijd zelfs de gedachte aan het stelen van een andere.
Kural 283
Een fortuin vergaard door fraude lijkt te bloeien
maar zal al te snel helemaal vergaan.
Kural 284
Zij die genot vinden in de oplichting van anderen, krijgen de opbrengst van de vrucht
van onsterfelijke lijden wanneer deze lekkernijen rijpen.
Kural 285
Welwillende gedachten en gevoelens ontvluchten degenen
die kijken naarr andermans onoplettendheid om diens eigendom door oplichting te verkrijgen.
Kural 286
Degenen die vverlangend naar misleiding op fraudeleuse pad lopen
kunnen niet verwachten dat hun werken beoordeelt worden naar dezelfde manier hoe wijsheid gemeten wordt.
Kural 287
De donkere misleiding van fraude kan niet worden gevonden
in diegene die naar de grootheid genaamd deugd verlangen.
Kural 288
Zoals gerechtigheid in het hart van de deugdzame woont,
zo is bedrog aanwezig in de harten van dieven.
Kural 289
Mannen die niets anders dan van bedrog weten sterven een beetje
elke keer dat ze hun daden recht praten.
Kural 290
Zelfs het leven in zijn lichaam zal hem verlaten van hem die anderen bedriegt
terwijl de hemel zelf nooit hem verlaat die eerlijk is.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten