Posts tonen met het label boeddha sutra. Alle posts tonen
Posts tonen met het label boeddha sutra. Alle posts tonen

maandag 22 augustus 2011

Samadhi beschreven en bijgewerkt naar de originele Yoga Soetra

Samadhi is de achtste en laatste stap op het achtvoudige yogapad uit de Yogasoetra's van Patanjali. Samadhi is de staat waarin de menselijke geest volkomen vrij is van activiteit om zich heen, en waarin het bewustzijn ongehinderd is door gedachten. Samadhi wordt wel omschreven als contemplatie, extase, heelheids beleving, eenwording. (Opgaan in het Brahman, ook Parabrahm genoemd een overkoepelend bewustzijn waar men in opgaat.)
Binnen het hindoeïsme (en andere religies in India, zoals de nath-beweging) kan het woord verwijzen naar het bewust verlaten van het fysieke lichaam wanneer men sterft. Ook kan het verwijzen naar een gebouw; een mausoleum of graftombe van een heilige of geestelijk leider, zoals in het vaisnasvisme van de Gaudia math (zie ook Mahasamadhi).
In Yoga en meditatiekringen noemt men Samadhi ook wel de vierde bewustzijnstoestand (naast waken, dromen, slapen).

# Dhârâna is het fixeren van het bewustzijn (chitta) op één punt of voorwerp.
1. Dhyâna is de ononderbroken stroom van de aandacht daarop.
2. Samâdhi treedt op wanneer het object van dhyâna er het onderwerp van wordt, waardoor het zelfbewustzijn verdwijnt en men opgaat in het voorwerp van meditatie.
3. Deze drie tezamen vormen samyama, het vermogen om in één vloeiende beweging van de geest van dhârâna over te gaan in dhyâna en samâdhi.
4. Door de verovering van samyama wordt men verlicht met wijsheid.
5. Samyama kan op verschillende onderwerpen worden gericht.
6. Dit zijn de drie geestelijke of innerlijke onderdelen (antaranga’s) van het achtvoudige pad (Leer van Boeddha).
Patañjali, Yoga Sûtra, III.1-7

Samadhi wordt vaak uitgelegd als de totale absorptie van het individuele bewustzijn in het overkoepelend Bewustzijn, savikalpa samadhi (ook kort in Brahma, in het vaisnavisme noemt men het soms Brahma yjoti, de gouden stralen gloed) dan wel in de Atman (nirvikalpa samadhi). De beschouwer, het beschouwen en het geziene (de mediterende en zijn object van meditatie) worden één. (zie uitleg)
Tijdens of na dit proces van absorptie in het gedachteloze Zijn kan een euforische extase of gelukzalige vrede worden ervaren (A1). Er zijn verschillende vormen of niveaus van samadhi mogelijk. In het boeddhisme worden savikalpa samadhi en nirvikalpa samadhi aangeduid met respectievelijk Nirvana en maha nirvana.
Mahasamadhi
Het bewust heengaan van een yogi door zich volledig in de staat van Nirvikalpa samadhi te begeven en zich vervolgens uit het lichaam terug te trekken wordt wel Mahasamadhi (grote samadhi) genoemd. Dientengevolge wordt de term 'samadhi' of 'Mahasamadhi' ook wel gebruikt voor de laatste rustplaats van het lichaam van de yogi. Vaak worden de lichamen van deze yogi's namelijk niet gecremeerd, maar in een tombe of mausoleum begraven. 9
Het woord rustplaats is goed maar het vervolg van de uitleg is fout weergegeven. De yogi is nog verbonden met het lichaam, dit is een gevolg van wat men karmische reactie noemt. De ziel moet een periode uitzitten in een lichaamsvorm. En door bovenstaande samadhi blijft de ziel alhoewel verbonden, vrij van wedergeboorte. En na dit uitzitten kan deze vertrekken naar de hogere ziels staat (als al het karma opgebrand is). Van uit deze hoeft men nooit meer terug te keren. En dit is de bedoeling van yoga loskomen van het lagere bewustzijn, het lichaams gerichte denken. En zich voor te bereiden op het loslaten van het lichaam of sterven. En naar een hoger bestaan, een niet materieel bestaan. Om de Boeddhistische visie aan te houden, zonder lijden, geboorte, de oorzaak van ziekte en dood.
Eigenlijk moet dit op de plek waar deze het lichaam verlaten heeft. Maar de volgelingen of discipelen bleken zich niet onthecht te hebben, en een goed voorbeeld in deze is de bijbel. Mozes ging de berg op voor de tien geboden, een gesprek met God, en het volk maakte een gouden kalf. Mozes bleef lang weg, dus Mozes was voor hen al dood.. Dat kalf ging het volk ging aanbidden. Nu dat doet men tegenwoordig met de lichamen van de leraren of goeroes. Deze geven vaak aan dat het lichaam niet belangrijk is! (Als de ziel het lichaam verlaten heeft?) Maar toch, Boeddha zelf wilde niet vereerd worden, of beter aanbeden! Hij wilde ook niet dat er een beeldgedaante van hem gemaakt werd. Maar de gebonden ziel, of zijn volgelingen gingen naar de oosterse traditie, een mens tot god verheffen, en maakte beelden of beter afbeeldingen van hem. Dit is gereguleerd door de Zen invloeden in het Boeddhisme. Men moet de leer van Boeddha toepassen in je leven, niet alleen over praten. Boeddha dat en dit. Zelf toepassen. Een bekend verhaal van een bekende Zen leraar is dat hij verteld tegen leerlingen. Boeddha is een ezel, een oude vrouw (wijf in het origineel), praten en praten. Men moet het toepassen en niet naar de verhalen blijven luisteren en herhalen zonder de uitleg van deze verhalen toe te passen in jullie leven!
Het woord rustplaats is goed maar het vervolg van de uitleg is fout weergegeven. De yogi is nog verbonden met het lichaam, dit is een gevolg van wat men karmische reactie noemt. De ziel moet een bepaalde periode uitzitten in een lichaamsvorm. En door bovenstaande samadhi blijft de ziel hoewel verbonden, vrij van wedergeboorte. En na dit uitzitten kan deze vertrekken naar de hogere ziels staat (als al het karma verdwenen of opgebrand is). Dan is men voor eeuwig bevrijdt. Van uit deze hoeft men nooit meer terug te keren.
Een toegift, een guru naar het vaisnavisme van de Gaudia math verlaat het lichaam wanneer hij dat zelf wil. Men kan dus aannemen dat de plek waar deze het lichaam verlaat voorbestemd of verkozen is. En dat hij (ziel) niet meer daar is, en terug naar zijn originele bestaansvorm of vanwaar deze afkomstig is!
(a1)Men is van de verstorende invloed van de geest, of manasah genoemd af en en heeft contact met het eigen zelf1 De ziel is het zelf deze is in een eeuwige gelukzalige staat, een en al vreugde. Niet te verwarren met sattva of goedheid, goedheid is een gevolg van onschuld, en mededogen. Leest u verder maar De Boeddhistische geschriften erop na, deze van Boeddha afkomstige leer is er zeer duidelijk over.En voor velen, zuiver gebaseerd op de Vedische geschriften, zonder punyam! Maar op kennis!